Geen ruzie maken goede basis voor platina huwelijksjubileum

Maatschappij

BORCULO - Het aantal platina huwelijksjubilea in Nederlands is niet heel hoog. In 2021 bijvoorbeeld waren er 327 paren die deze uitzonderlijke mijlpaal bereikten. Een van de gelukkige platina paren voor dit jaar komt uit Borculo. Jan Van de Pol en Hanna Florijn vierden dinsdag hun zeventigjarig huwelijksfeest. Het echtpaar ontving naast bezoek van de burgemeester ook bloemen van de Koning en van de commissaris van de Koning in Gelderland.

Door Rob Weeber

Jan (92) werd geboren in Valburg, maar woonde praktisch zijn hele leven in Haarlo. Hanna (90) is de dochter van de bekende aannemersfamilie Florijn in Geesteren. Ze ontmoetten elkaar in Café Baan in Geesteren en trouwden in 1952. Jan werd boer en veehandelaar. “De mooiste momenten van het vak waren toch wel de bezoeken iedere dinsdag aan de veemarkt in Doetinchem,” herinnert hij zich, “vooral als je een paar centen had verdiend.” Hij handelde in koeien, varkens, schapen en mestkuikens en genoot van het boerenleven. ’s Avonds echter was hij veelal op pad met zijn bestuurspet op. Onder meer was hij vrijwilliger bij Haarlo’s Belang, de voetbal, de ijsclub, de muziekvereniging en de schietvereniging. “Haarlo was zeker in die tijd een kleine, gezellige gemeenschap en als je daar woont, dan moet je je daarvoor inzetten.” Jan zou er een lintje aan overhouden, hij werd in 1992 tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau benoemd.

Hanna deed in haar jonge jaren aan korfbal. De vereniging zou het uiteindelijk niet overleven en werd vervangen door de voetbal. Ook na haar trouwen bleef Hanna actief, in het bestuur van de Vrouwenvereniging, in de kerkenraad, ze kerkten in de Kluntjespot, en in het kerkkoor. Daarnaast deed ze het huishouden en zorgde ze voor de vier kinderen die ze kregen. Inmiddels zijn er ook al negen kleinkinderen en zeven achterkleinkinderen. Het geheim voor een zorgeloos en lang huwelijk is er volgens hen niet, maar Jan weet wel dat ‘geen ruzie maken’ helpt. Voor de rest moet je een beetje geluk hebben.

Een sombere herinnering hebben beide echtelieden aan de oorlog, een spannende tijd. Als de bommenwerpers overkwamen, dan verkaste Jan regelmatig naar een uitgegraven schuilplaats in de berm van de sloot. Ook zaten er onderduikers bij Jan thuis op de boerderij, veelal uit Twente. Ze verbleven er twee tot drie weken en trokken dan weer door. Voor Hanna doet de oorlog in Oekraïne de herinneringen aan haar eigen oorlogstijd weer opkomen. Zij trekt zich het lot van Oekraïne erg aan.