Scheidend griffier van Berkelland, Andries Bannink. Foto: Rob Weeber

Scheidend griffier van Berkelland, Andries Bannink. Foto: Rob Weeber

‘De vraag is hoe je als raad te werk wilt gaan om je doel te bereiken’

Algemeen

Afscheid van griffier Andries Bannink

Door Rob Weeber

BERKELLAND - Hij komt uit een politiek ‘nest’, zijn vader was twintig jaar burgemeester van de vroegere gemeente Hummelo en Keppel en zijn broer griffier in Zaltbommel, Oude IJsselstreek en Veenendaal. Net zoals zijn vader en broer koos ook Andries Bannink voor een rol in de ‘ambtelijke politiek’, de bestuurlijke kant van de besluitvorming. Saillant detail is dat toen hij in 2009 tot griffier van Berkelland werd benoemd, Nederland twee griffiers met de naam Bannink kende, een unicum. Per september van dit jaar neemt hij als gevolg van het pensioen afscheid.

Andries Bannink (66) werd geboren in Amsterdam, volgde de middelbare school in Lochem, deed eindexamen in Hilversum, studeerde en werkte in Amsterdam en verhuisde uiteindelijk toch weer terug naar die mooie streek in het oosten des lands waar zijn vader al burgemeester was. Hij werd in 2009 tot griffier van Berkelland benoemd. Zeven jaar eerder was de Wet dualisering gemeentebestuur ingevoerd, waardoor de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders los van elkaar kwamen te staan. Wethouders hadden vanaf dat moment geen zitting meer in de raad, enkel nog in het college van burgemeester en wethouders. Dat duale stelsel bracht ook de nieuwe functie van griffier met zich mee. De griffier werd de ambtelijk vertegenwoordiger van de raad en verving daarmee de gemeentesecretaris.

“De functie van griffier is uitermate boeiend en veelzijdig,” legt Bannink uit. ”Je bent onafhankelijk, maar tegelijkertijd onderdeel van. Je opereert op het snijvlak van politiek en bestuur zonder zelf directe politieke invloed te hebben. Politiek gezien, zorg je er samen met de voorzitter van de raad, de burgemeester, voor dat het politieke besluitvormingsproces van de raad probleemloos verloopt. Feitelijk stel je de raadsleden in staat om hun politieke ambities waar te maken. Je bent ook de vertrouwenspersoon van de raadsleden. Bestuurlijk gezien, maak je ook deel uit van de bestuurlijke driehoek burgemeester, gemeentesecretaris en griffier. Onderling hebben we gelukkig een goede verstandhouding gehad. Ik ben ook van mening dat er goed bestuurd wordt in onze gemeente.”

Toch ziet hij ook wel een stukje verzakelijking van het politieke debat terug, net zoals in Den Haag het geval is. De bestuurlijke omgangsvormen en –normen worden wel eens ‘overschreden’, maar algemeen gaat er volgens hem veel goed in Berkelland. “In het monistische tijdperk hadden de wethouders in de raad een dominante positie. Doorgaans vertegenwoordigden ze ook de grootste partijen. Onder het duale stelsel echter zijn de raadsleden onafhankelijk naar het college toe. Die houding is ook cruciaal voor een goed functioneren van de raad, waarin voldoende ruimte voor zowel coalitie als oppositie moet zijn. Belangrijk is dat je elkaars positie respecteert en je niet richt op competentiegeschillen. Gelukkig gaat er veel goed in Berkelland.” Natuurlijk ziet hij wel eens bepaalde ‘afwijkingen van het ideale’, maar het is niet aan de griffier om daar directe bemoeienis mee te hebben. Wel deelt hij zijn observaties met de burgemeester, met wie hij nauw samenwerkt.

Goed vergaderen trouwens is volgens Bannink minder een kwestie van structuur en meer van cultuur. “De vraag is hoe je als raad te werk wilt gaan om je doel te bereiken. Daar kan ik als griffier mee helpen. Veel variatie binnen de politieke spelregels is er niet, maar in 2010 al ontstond de behoefte binnen enkele partijen om te kijken naar een alternatief vergadermodel. De effectiviteit van de raadsvergadering werd minder, evenals het contact met de inwoners. Daarnaast liep de werkdruk op. Realisatie ervan heeft lang geduurd. De raad is soms net een olietanker die moeizaam van koers verandert. Maar uiteindelijk hebben we begin dit jaar de handen van alle partijen op elkaar gekregen en als werkgroep ‘bestuurlijke vernieuwing’ een rondgang gemaakt langs andere gemeenten die al eerder de keuze hadden gemaakt om het vergadermodel te innoveren. Daar is uitgekomen dat we per oktober voorlopig het Lochemse model gaan aanhouden.”

Met het nieuwe vergadermodel moet er ook meer tijd vrijkomen om als raadslid het oor in de samenleving te luisteren te leggen. “Als je niet weet wat er om je heen speelt, kun je je werk als raadslid niet optimaal doen. Je moet de verbinding met buiten zoeken. Gelukkig is dat ook de wens van de raad. Het stond ook in de profielschets van de burgemeester die de opvolger van Hein Bloemen zou worden. Terugkijkend kan ik alleen maar zeggen dat de samenwerking met Van Oostrum uitstekend is geweest. Hij staat boven de partijen, is correct in de omgang en zeker ook zichtbaar in de samenleving. Wij waren een hechte tandem. Overigens heb ik ook veel respect en waardering voor zijn voorganger Hein Bloemen.”

De derde poot van de bestuurlijke driehoek is de gemeentesecretaris, Martin Broers. Hij geeft leiding aan de ambtelijke organisatie en adviseert het college. In de organisatie zit veel kennis en continuïteit, maar het kan lastig zijn om onder wisselende coalities te werken. “Ik pleit ervoor om mensen die in een ambtelijke organisatie komen te werken, beter voor te lichten omtrent hetgeen ze kunnen verwachten. Ambtenaren moeten besluiten voorbereiden en uitvoeren. Belangrijk is dan wel dat ze weten hoe zo’n besluit tot stand komt. Ook zijn er iedere vier jaar wisselingen onder portefeuillehouders. Loyaliteit naar de politiek is dan een voorwaarde om duurzaam een goede samenwerking overeind te houden.”

Zijn opvolgster is al benoemd, het is de 48-jarige Joyce Satijn, afkomstig van de gemeente West Maas en Waal. Bannink heeft er vrede mee dat hij plaats moet maken. Niet dat hij er naar uitziet om ‘achter de bloempotten’ te gaan zitten, hij gaat zich verder verdiepen in staats- en bestuursrecht, maar meer omdat iedere functie een houdbaarheidstermijn heeft. “Jonge mensen moeten ook de kans krijgen om promotie te maken en brengen vaak weer nieuwe ideeën en inzichten mee. Ik wil Joyce dan ook van harte feliciteren met deze nieuwe functie. Het werk als griffier is echt uitdagend. Ik neem afscheid, maar ‘eens griffier, altijd griffier!”