Bouwactiviteiten in het verleden bij de Coöperatieve Weiproduktenfabriek. Foto: PR.
Bouwactiviteiten in het verleden bij de Coöperatieve Weiproduktenfabriek. Foto: PR.

Ontwikkeling van de weifabriek stond nooit stil

Reünie Coöperatieve Weiproducten- fabriek en
Mel-Ami Borculo

Door Rob Weeber

BORCULO - Vijf oud-medewerkers van de Coöperatieve Weiproductenfabriek en Mel-Ami Borculo organiseren een reünie voor oud-collega's uit de periode 1962-1987. Doel van de bijeenkomst is op een plezierige manier met elkaar herinneringen ophalen met behulp van sprekers, anekdotes, foto's, films en een ludieke wei-quiz. De genoemde jaren vormden het begin van de weiproductie in Borculo. De fabriek groeide uit naar zo'n 400 man personeel in 1987.

Aan tafel zitten twee van de vijf organisatoren, Wim Kossink en Jan Flamma. Voor hen liggen stapels jaarverslagen, vele uitgaven van de Weipers, het toenmalige personeelsblad, en krantenknipsels. "Het idee voor de reünie ontstond in 2017 toen Margriet te Morsche met pensioen ging", begint Wim Kossink. "Zij had alleen maar oud-collega's uit de beginjaren uitgenodigd. Dat vonden we zo'n leuk idee, dat we het plan hebben opgevat om een reünie te organiseren.

'De productie van kaas liet een restproduct achter, wei, en men wist niet goed wat men daarmee moest'

De fabriek in Borculo kent een lange historie. Het begon allemaal op 14 mei 1887 toen de eerste steen gelegd werd voor Coöperatieve Roomboterfabriek De Eendracht. Er werd in de beginjaren alleen boter gemaakt. De eerste uitbreiding werd al in 1901 gerealiseerd en kostte fl. 24.000, net zoveel als het kapitaal voor de stichting. De cycloon van 1925 legde de fabriek tijdelijk stil en de vraag werd gesteld of het herstel of nieuwbouw moest worden. Uiteindelijk nam men op 20 april 1927 een geheel nieuwe fabriek in bedrijf. De ontwikkelingen na de oorlog zijn voor een zeer belangrijk deel aan de toenmalige directeur Swart toe te schrijven.

'Directeur Swart dronk soms een borreltje in het dorp om de medewerkers op andere gedachten te brengen'

Hij kwam in 1946 naar de Coöperatieve zuivelfabriek de 'Eendracht' en trok al snel de conclusie dat alleen roomboter een te eenzijdige basis voor de fabriek was. De lijst met medewerkers telde toen 25 man. Er werd fl. 400.000 in een nieuwe kaasfabriek geïnvesteerd die in 1950 van start ging. In 1954 had men een probleem, de productie van kaas liet een restproduct achter, wei, en men wist niet goed wat men daarmee moest. In heel Nederland was bovendien slechts een opkoper, wat niet voordelig voor de prijs was. Men besefte toen nog niet om wat voor waardevolle grondstof het ging. In 1956 nam Swart het besluit de wei zelf te gaan verwerken tot melksuiker en eiwitproducten. Vier fabrieken in Vorden, Markelo, Varsseveld en Bathmen sloten een contract en leverden hun wei aan Borculo. In 1962 ontstond de eerste Centrale Weiverwerking voor Gelderland en Overijssel. Twintig fabrieken sloten zich al snel aan en er kwam meer melk. Gevolg was dat de kaasfabriek uitgebreid werd en daarmee ook de hoeveelheid wei toenam. In 1962 werd er zo'n 12 miljoen liter wei aangevoerd. Bij het vertrek van Swart in 1975 was dat al meer dan een miljard liter. Bij het 25-jarig jubileum van de weiproductenfabriek in 1987 was de hoeveelheid opgelopen tot 200 tankwagens á 30.000 liter per dag. Er stonden 16 opslagtanks met een capaciteit van 200 ton elk. Eigenlijk stond de ontwikkeling van de fabriek nooit meer stil. Vanaf het moment dat Jan en ik er begonnen, begin jaren zeventig, werd er altijd wel ergens gebouwd."

De twee hebben niets dan mooie herinneringen aan hun actieve tijd daar. "Het was een sociaal bedrijf met korte lijnen waar iedereen elkaar kende. Ook de opvolger van Swart, Ybema, was een graag geziene directeur. De komst van Coberco echter vroeg aanpassing. Tot dan was men aan korte lijnen en kordaat optreden gewend. Als er een investering nodig was, dan werd nooit lang getalmd en zette iedereen de schouders eronder. Indien nodig, werd er op zaterdag gewerkt. Met Coberco verliep alles trager en verloor het bedrijf de tot dan toe kenmerkende dynamiek. Gestaakt werd er ook, zij het dat de verloren tijd nog wel eens vrijwillig op zaterdag werd ingehaald. Ook dronk directeur Swart soms een borreltje in het dorp om de medewerkers op andere gedachten te brengen. Maar niet alle stakingen verliepen zo gemoedelijk. Flamma schat dat zeker 90% van de medewerkers georganiseerd was en soms ging er stakingstijd verloren die niet ingehaald werd. De fabriek was (en is) een belangrijke werkgever, maar er ontstond ook wel eens ophef. In 1977 bijvoorbeeld werd door het ingenieursbureau Dwars, Heederik en Verhey een klacht van de omwonenden gegrond verklaard omtrent overlast door de uitstoot van poeder. De omwonenden spraken al van 'molenaarsziekte', maar er werd in het rapport tevens geconcludeerd dat er geen gevaar voor de volksgezondheid was. Een andere keer wond de politiek zich op over een geplande woonwijk Hambroek II. De Industriële Kring Borculo was fel tegen, onder meer uit oogpunt van geluidshinder en verkeersveiligheid, maar de politiek wilde vasthouden aan het bouwplan. Uiteindelijk is de wijk niet doorgegaan. Saillant detail volgens Kossink is dat de toenmalige directeur Ybema de grond al eerder van de boeren had opgekocht, juist om daar woningbouw tegen te gaan."

KADER: Reünie
De reüniecommissie bestaat uit Betty Duistermaat, Margriet te Morsche, Jan Flamma, Wim Kossink en Martin Kreunen. Zij heten graag iedereen welkom op zaterdag 11 mei vanaf 15.00 uur tot ca. 20.00 uur. Locatie is de Melktap, Nettelhorsterweg 21 Geesteren. Voorwaarde is dat je oud-medewerker bent met een (tijdelijk) vast contract in de jaren 1962-1987. Opgeven kan voor 1 maart via:


weireunie@gmail.com

Het afzakken van weipoeder. Foto: PR
Melk afleveren bij Mel-Ami. Foto: PR
De eerste vestiging van de Coöperatieve Roomboterfabriek De Eendracht. Foto: PR