Gastsprekers vertellen hun verhaal voor Westerbork Scholenproject
Ruurlo - Dit jaar is het Westerbork Scholenproject Ruurlo alweer voor de vijftiende keer van start gegaan voor de hoogste groepen van de basisscholen in Ruurlo en Mariënvelde. Eind maart bezochten de leerlingen de voormalige synagoge en de moskee in Lochem en op 26 mei gaan ze met twee bussen naar het Herinneringscentrum Kamp Westerbork in Hooghalen. Voorafgaand aan dit bezoek kregen de leerlingen vorige week een les van een gastspreker, verbonden aan het Landelijk Steunpunt Gastsprekers WO II- Heden.
Frits Gies
Frits Gies (Haarlem 1930) vertelde dat hij uit een gezin komt, waar vader, moeder en grootvader al voor de oorlog Joodse vluchtelingen uit Nazi-Duitsland hielpen de grens over te vluchten. Frits Gies is als jonge jongen al bij deze hulpverlening betrokken. Door middel van valse afstammingspapieren kunnen moeder, dochter, Frits en zijn jongere broertje verder leven onder een niet-Joodse identiteit.
Gies vindt het heel belangrijk dat de geschiedenis wordt doorgegeven, en de kinderen hangen iedere keer weer aan zijn lippen als hij zijn persoonlijke geschiedenis vertelt en zijn koffer vol documentatiemateriaal laat zien.
Rob Waaker
Rob Waaker (Amsterdam 1939) wordt in 1943, als enig kind in het gezin, van zijn ouders gescheiden en ondergebracht bij de familie Verwoerd, ook in Amsterdam, die hem zeer liefdevol opvangt. De familie Verwoerd speelt een actieve rol in het verzet, wordt opgepakt en vader en zoon Verwoerd worden na enkele dagen gefusilleerd.
Na de oorlog onderhoudt hij nog jarenlang contact met zijn pleegmoeder en zus. Rob Waaker vertelt zijn verhaal op scholen om leerlingen te laten nadenken over het belang van vrijheid en hen te laten zien dat begrippen als goed of kwaad niet eenduidig zijn. Ook beschouwt hij het vertellen van zijn persoonlijke verhaal een eerbetoon aan zijn pleegfamilie.
Jacques van Trommel
Jacques van Trommel (Scheveningen 1934) groeit op met zijn oudere broer en jongere zus op in een niet-religieus Joods gezin dat in één huis woont met de ouders en broer van vader. In de loop van 1942 wordt hij door een koerierster achtergelaten op een onderduikadres in Twente.
Hier moet hij op achtjarige leeftijd volledig meewerken op de boerderij en heeft hij last van verdriet en eenzaamheid. Van Trommel vertelt zijn verhaal om leerlingen te laten zien welke invloed angst en eenzaamheid kunnen hebben op je leven als kind en volwassene.
Nadenken over het belang van vrijheid en dat begrippen als goed of kwaad niet eenduidig zijn
De gastsprekers, overlevenden van de WOII, hielden hun persoonlijke verhaal voor groepen kinderen die met gespannen aandacht en geboeide interesse luisterden, en scherpe vragen wisten te stellen.