
Film ‘Drone’ van lesmethode Blink Nederlands ‘n brug te ver voor Needenaar Johan Verdouw
OnderwijsNEEDE – De digitale wereld biedt mogelijkheden om lessen krachtiger, boeiender en aanschouwelijker te maken, maar de nieuwe lesmethode Blink Nederlands voor de bovenbouw havo/vwo, zoals ook vanaf dit jaar op het Marianum in Groenlo werd geïntroduceerd, is voor Needenaar Johan Verdouw een brug te ver. Hij richt zich hierbij expliciet op de filmles ‘Drone’ die zijn 13-jarige dochter tijdens de Nederlandse les te zien kreeg.
Door Rob Weeber
De film ‘Drone’ gaat over een Nederlandse militair die op afstand drones bestuurt om bombardementen op doelen te kunnen inzetten. Rode draad is de oplopende stress bij de man en de wijze waarop zich dat op het werk en in de privésituatie manifesteert. Volgens de website van Blink is het ‘Waardevol voor de leerkracht om lesmateriaal te hebben dat aansluit bij de belevingswereld van het ‘digitale kind’ en film hoort daar tegenwoordig gewoon bij.’ Voor vader en dochter Verdouw wordt het thema stress in de film ‘Drone’ op onnodige en irrelevante wijze ondersteund met pornografisch getinte beelden. “Je vraagt je af met wat voor doel ze dergelijke beelden aan 13–jarigen willen vertonen, je kunt immers het thema stress ook met andere (voor)beelden uitdiepen. Helaas wordt dit niet uitgelegd,” aldus Verdouw, “noch door Blink, noch door het Marianum.”
Zijn dochter wilde de bewuste beelden in de les niet aankijken. Bovendien gaf ze thuis aan moeite te hebben met de bewuste les. “Ze keek in de klas weg van de beelden tijdens de vertoning, maar dat feit werd in of na de les door de leerkracht niet opgepakt. Ik heb de bewuste leerkracht nadien om een reactie gevraagd. Zij gaf in het telefoongesprek wel toe dat mijn dochters wegkijken was opgemerkt, maar wilde verder niet inhoudelijk reageren waarom er niets mee gedaan is. Daarna heb ik nog een persoonlijk gesprek gehad met twee dames waar de bewuste leerkracht niet bij afwezig was. Ook dit gesprek leverde geen inhoudelijke reactie op over het hoe en waarom van de film en het negeren van signalen in de klas. Men verwees eenvoudigweg naar Blink.”
Dat laatste is wat Verdouw nog het meest bevreemdt. “Letterlijk kregen we te horen dat ‘de mensen van Blink Nederlands hier wel verstand van hebben.’ Verder kwam er geen nadere uitleg. We zijn niet tegen de school Marianum, noch tegen video-ondersteund onderwijs, maar pornografische scenes waarbij kinderen gepromoot wordt om zichzelf uit te kleden voor een webcam, jongens die zichzelf daarbij aftrekken, dronepiloten die tijdens het werk naar porno kijken en praten over ‘kleine tieten’ en ouders die 15 seconden gefrustreerde seks hebben, blijft voor ons vele bruggen te ver. Het ondersteunt in geen enkel opzicht het thema van de film.” Mede op verzoek van de dochter heeft het gezin besloten het Marianum te verlaten. “Het een-op-een doorschuiven van de schoolverantwoordelijkheid naar de intelligente mensen van Blink Nederlands was uiteindelijk de aanleiding voor deze stap”, zegt Verdouw.
‘Je vraagt je
af met wat
voor doel ze
dergelijke
beelden
aan 13–jarigen
willen
vertonen’
De kritiek van de heer Verdouw richting het Marianum is gedeeld met de school met daarbij het verzoek hierop te reageren. Daarop volgde een mondeling gesprek met de heer Maarten Delen, locatiedirecteur a.i. en mevrouw Yvonne Bouw, teamleider bovenbouw havo/vwo.
Algemeen is de opvatting van de school dat gesprekken tussen leerkrachten onderling, leerlingen en leerkrachten, ouders en leerkrachten en/of directie nooit openbaar worden gemaakt. “Er zijn binnen onze Stichting Carmelcollege andere wegen die men kan bewandelen om problemen te de-escaleren”, aldus Maarten Delen. De opmerking van de heer Verdouw in het stuk omtrent zijn teleurstelling met betrekking tot de uitkomst van de gevoerde gesprekken op school kon daarom niet nader besproken worden.
Naar voren gekeken geldt dat het Marianum nog steeds achter de in dit schooljaar ingevoerde landelijke lesmethode Blink Nederlands staat. “De methode is geen éénzijdig product van Blink, maar een cocreatie tussen Blink, leerkrachten en leerlingen,” aldus Yvonne Bouw. “Leraren zijn regelmatig uitgenodigd op de voorlichtingsavonden van Blink gedurende het ontwikkelingsproces. De uiteindelijke keuze om het op het Marianum in te voeren, wordt overgelaten aan de sectie Nederlands. Er gaat hier geen vier-ogenprincipe met de schoolleiding aan vooraf. De methode wil leerlingen vooral uitdagen om in diverse contexten de impact van taal te ervaren en zo hun eigen ‘taalwereld’ te ontwikkelen door middel van de vele opdrachten die bij de film horen.”
Verder heeft de schoolleiding nauwkeurig bestudeerd of de aanduiding ‘pornografische scenes’ van toepassing is. “We hebben het woord pornografie opgezocht en gekeken waar de grens ligt”, legt Maarten Delen uit. “Pornografie is onlosmakelijk verbonden met begrippen als lustopwekkend en opwinding. Getoetst aan de beelden, zijn we van mening dat het niet de intentie van de makers is om pornografische scenes op te nemen, ondanks het feit dat we wel begrijpen dat je er een zekere suggestie in kunt zien. De bewuste scenes zijn verder vaag in beeld gebracht.”
Het argument dat het filmthema ‘stress’ ook zonder dergelijke scenes gemaakt kan worden, blijft in het midden. Het is een keuze van de makers. “Het thema is breder dan alleen stress van de vader. Belangrijk is de verslechterende verhouding tussen vader en zoon als gevolg van hetgeen de vader doormaakt. Doorgetrokken laat het ook het conflict tussen twee generaties zien.”
Bovenstaande wil niet zeggen dat de school niets heeft gedaan met de kritiek van de heer Verdouw. De reactie van de dochter van de heer Verdouw heeft volgens de school wel degelijk een klein schokeffect teweeggebracht. “Als eerste hebben we Blink gevraagd of ze meer van dergelijke reacties hebben ontvangen. Dat bleek niet het geval te zijn. Verder heeft de sectie Nederlands besloten om leerlingen vooraf beter te informeren omtrent de context van beelden die als gewelddadig of seksueel zouden kunnen worden aangemerkt. Leerlingen mogen dan besluiten om de bewuste les over te slaan of zelfs in de les op te stappen. Ook is besloten om in 2024 dergelijke lesstof wat verder in het leerjaar aan te bieden, zodat leerkaracht en leerling elkaar beter kennen.”