De cover van De taal levert mi-j 'n streek.
De cover van De taal levert mi-j 'n streek.

Het Achterhoeks als wereldtaal

Cultuur

ACHTERHOEK - Bij de cursus Achterhoeks van Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers in Doetinchem sprak streektaalkenner Joop Hekkelman uit Gorssel tot de deelnemers: “Streektaalschrijvers van nu laten de r in ‘wordt’ steeds vaker weg.” En: “Als je zelf sekela zegt tegen chocola, dan mag je het ook zo opschrijven.” Een van de redenen waarom ik als scholier een dagboek begon: geen leraar kreeg het onder ogen, sjokola en sjofeur waren korrekt!

Ben van huis uit geen Achterhoeker, kom uit Amsterdam, we verhuisden deze kant op, zat met mijn vader in café Onland in Gaanderen en we verstonden niets van wat de plaatselijke senioren elkaar aan het tafeltje ernaast vertelden.

We zijn jaren verder, het lukt al veel beter, maar in de nieuwe dichtbundel De taal levert mi-j een streek van Hans Mellendijk begreep ik lang niet ieder woord meteen. Hij komt uit Varsseveld en zoals ze daar praten is weer net even anders dan laten we zeggen in Groenlo. Hoewel: praten ze nog wel zo? 

De kinder praot mangs de moderspraoke neet meer/
lao’w ’t aover ’t schrieven helemaols neet hebben. 

De plaatselijke senioren van dertig jaar geleden zijn inmiddels uit de tijd gekomen. Is er iemand nog die zegt: Saksisch smiester ik hetseg in òw oor

Maar Hans Mellendijk, het Erfgoedcentrum en vele anderen bekommeren zich om de streektaal. Niet zozeer om koste wat kost een verdwijnende taal te behouden, veel meer omdat die taal interessant en mooi is (zoals in wezen elke taal) én er wel degelijk belangstelling bestaat: de cursus trok ruim honderd deelnemers. Google Translate kan nog zo vaak worden geüpdatet, nooit krijgt het precies te pakken wat in de ene taal gezegd kan worden en in de andere niet, of dan toch zeker: niet zo treffend. Dat bewijst Mellendijks bundel onomwonden.

Achterhoeks spreek ik uit met sterk Nederlands accent, maar geen cursusleider luisterde mee terwijl ik De taal levert mi-j een streek aan mezelf hardop voorlas. Er staat vooral Varssevelds in, maar ook Engels en Nederlands. Al snel raakte ik in een flow (Achterhoeks: vloo), moest denken aan de negentiende-eeuwse dichter Guido Gezelle, wiens werk met Vlaams doorspekt is. Hij paste allerlei klanknabootsingen toe, zodanig dat zijn poëzie muziek werd: tak-op, tak-af, tak-uit, tak-in, tak-om (Het meezennestje). Hans Mellendijk, de Guido Gezelle van de Achterhoek. Muziek speelt bij hem ook inhoudelijk een grote rol, zo verweeft hij Paul McCartney (Pak ow gebroken vleugel en leer vliegen) en Bob Dylan (’t Antwoord mien vriend kö’j heuren in de wind) in zijn gedichten, die sowieso één groot verweven zijn: beeldende kunst met landschap, en de moderne tijd met wat nog over is van vroeger, zonder te vervallen in de valkuil van de nostalgie.

Tiep, tiek, tiek.
Kukentjes, tiekskens dozig gael
onder de kunstmoder rood ’t lecht.

Mijn moeder werd geboren op Java, ik herinner me dat mijn opa, als hij verhalen vertelde over zijn jeugd, bijvoorbeeld niet ‘paard’ zei, maar ‘tsjplok tsjplok’. Het Javaans, de taal waar geen woordenboek tegenop kan. Geldt ook voor het Achterhoeks. Opeens werd me het verband duidelijk tussen mijn moeders liefde voor Gezelle en haar Indonesische afkomst. De taal leverde haar een streek. Een prachtige streek.

Ik weet niet of het Erfgoedcentrum verder gaat met de cursus. Het cursusboek alleen al is een aanrader. Mocht er een vervolg komen: de bundel van Hans Mellendijk lijkt mij een zeer geschikte aanvulling op het cursuspakket. Hij maakt van het Achterhoeks een wereldtaal.

Want stel ow now ’ns veur wat
zol ’t toch geweldig waen as
oorlog altied ’n canard blik.

Hans Mellendijk: De taal levert mi-j een streek. Gedichten. IJzerlo 2022: uitgeverij Fagus

Sander Grootendorst
Tips:
sandergrootendorstleest@gmail.com 

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant