Afbeelding

Zwaleman | Grenzen

Algemeen

Grenzen

Buiten de supermarkt, groenteboer en bakker in mijn eigen woonplaats om is er geen winkel waar ik zo vaak kom als in de kringloopwinkel in Borculo. Let wel: ik heb het niet over de commercieel geleide kringloop die daar nog niet zo lang geleden neerstreek. Daar zal wel niks mis mee zijn, maar ik heb mijn hart verpand aan de kringloop die er al jaren bestaat: die van de stichting Bohero.
De naam Bohero staat voor Borculo Helpt Roemenië en dat verklaart mijn voorliefde voor dit niet op commerciële grondslag werkend kringloopbedrijf. Uitgangspunt van Bohero is namelijk dat alle winst die in de winkel wordt gemaakt ten goede komt aan arme mensen in voormalige Oostbloklanden. Allerlei spullen worden daar ook in grote vrachtwagens naar toe gebracht. En met name de mensen die niet alleen heel arm zijn, maar ook nog eens verstoken van (medische) zorg vormen de doelgroep van de Borculose kringloop.

Tegenwoordig is het heel normaal dat je, wanneer je overbodige spulletjes in huis hebt, deze te koop zet op Marktplaats. Teneinde nog een paar cent van je oorspronkelijke aankoopbedrag terug te zien. Ik breng die spullen liever naar Borculo. Daar krijg ik er geen geld voor, maar wel een goed gevoel. En dat is veel meer waard.
Vorige week reed ik er na een zolderopruiming weer eens naar toe. De auto was volgeladen met afgedankte, doch nog heel bruikbare spulletjes. Maar die mocht ik niet zomaar uitladen. "Hebt u een identiteitsbewijs?", wilde een jongeman weten. Een beetje verbaasd liet ik mijn rijbewijs zien. "Daar staat op dat u in Lochem woont", stelde de jongeman vast. "Niet in de gemeente Berkelland dus, dan mag u hier geen rommel heenbrengen."
Rommel? Ik wist niet wat ik hoorde. "Kijk", wees ik verontwaardigd naar de meegebrachte spulletjes. "Dat is een gloednieuwe aspergekoker, daar heb je een een nog prima lopende wandklok, die radio-cdspeler is nog geen vier jaar oud en die bloemenvazen heb ik nog speciaal schoongemaakt voor ik ze inpakte. En dat durf jij rommel te noemen?"

Gelukkig kwam er een oudere en meer ervaren vrijwilliger bij, die het misverstand snel oploste. "Bruikbare spullen mag iedereen hier heenbrengen", legde hij mij (en zijn jonge collega) uit. "Graag zelfs. Maar het komt ook voor, dat mensen van buiten de gemeente hier komen om oude rotzooi, zeg maar afval, kwijt te raken. En dat mag natuurlijk niet, want dan draaien de inwoners van Berkelland op voor de afvoerkosten."
Klonk best logisch en dus nam ik niet de moeite om uit te leggen dat mijn rijbewijs nog in mijn vorige woonplaats is afgegeven, maar dat ik al bijna negen jaar in Berkelland woon. Ik kon mijn spulletjes toch wel kwijt.

Onderweg naar huis kwam ik er toch over aan het denken. Eigenlijk best gek dat in deze tijd, waarin je in Europa de landsgrenzen haast zonder het op te merken passeert, de grens tussen twee Achterhoekse gemeenten zo scherp getrokken wordt. Wat geeft dat nou, dat iemand uit Lochem wat grof vuil naar Berkelland brengt? Of naar Bronckhorst, om mijn part. Het zal andersom ook heus wel eens gebeuren.

En dan nog dit: Ik ga met enige regelmaat naar de schouwburg in mijn buurgemeente. Die wordt al jaren in stand gehouden met de centen van de Lochemse belastingbetalers. Niet met de mijne. Moet ik me dan als Berkellander druk maken over grof vuil dat een enkele Lochemer hier heen brengt? Dacht ik toch niet….

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant